Portret van de heilige Nicolaas - Carlo Crivelli - 1472
Sinterklaas is gebaseerd op Nicolaas van Myra, afkomstig uit een zeer gelovige, rijke Griekse familie en bisschop van Myra in het begin van de 4e eeuw. Myra ligt in wat wij nu Turkije noemen, maar was toen een Romeinse provincie.
Nicolaas was zeer religieus en al tijdens zijn leven erg geliefd. Na zijn dood op 6 december 342 werd boven zijn graf een kerk gebouwd, die door veel pelgrims werd bezocht.
In het begin werd hij voornamelijk in Griekenland en Rusland vereerd, maar hij werd ook de beschermheilige van (onder andere) de zeevaarders en kreeg daardoor ook in het westen van Europa meer bekendheid. Sinds 1300 is Sint Nicolaas de beschermheilige van de havenstad Amsterdam.
Nadat Myra in handen was gekomen van de Islamitische Seltsjoeken hebben zeevaarders In 1087 zijn stoffelijke resten naar Bari (Italië) overgebracht.
De heilige Nicolaas kreeg steeds meer bekendheid, mede door de verschillende legendes die over hem de ronde deden en zo werd Sint Nicolaas steeds meer van ‘het volk’ in plaats van de (Katholieke) kerk.
Legende
De meest bekende legende verhaalt over een arme vader van 3 dochters: zonder een goede bruidsschat zouden zijn dochters waarschijnlijk nooit trouwen en misschien zijn gedoemd tot prostitutie. Nicolaas heeft 3 maal een buidel met gouden munten door het raam gegooid, bij de laatste keer is de vader hem gevolgd en kwam er zo achter wie de weldoener was.
Het symbool voor Sint Nicolaas is drie gouden bollen of 3 gouden zakjes. De bij ons bekende chocolademunt in goudkleurig papier is hier een verwijzing naar.
De geldbuidels zouden in de schoenen terecht zijn gekomen. In Nederland was het al vanaf de 15e eeuw een gebruik dat armen hun schoen in de kerk mochten zetten, rijken vulden deze dan met geld en dat geld werd over de armen verdeeld. In de 16e eeuw werd de schoen ook in de huizen gezet, door de kinderen gevuld met haver en stro en ‘s avonds door de ouders met snoepgoed.
Nicolaas wordt door de hierboven beschreven legende ook als huwelijksmakelaar gezien. Hieruit is in de late middeleeuwen de traditie van de Sint Nicolaas markt ontstaan waarbij een jongen een speculaaspop in de vorm van een man (speculaas-vrijer) geeft aan een meisje. Wanneer zij deze ‘klaaskoek’ dan aannam was dat een een goed teken 😀
Ook in Amsterdam werd de Sinter Niclaesmarckt gehouden, deze begon in de middag van 5 december en duurde tot in de late uurtjes. Er werd allerlei lekkers verkocht zoals ‘honingtaert’ (taaitaai), ‘amandelbrot’ (banketstaven) en ‘massepeyn’. Deze laatste lekkernij hoort eigenlijk bij een andere heilige: Marcus; Marci Panis = brood van Marcus.
Het Sint-Nicolaasfeest - Jan Steen - 1665/1668
Maar hoe zit het nou met de chocolade letters?
In de middeleeuwen werd op de kloosterscholen Sint Nicolaas gevierd. De goedheilig man verscheen op de school waar de ijverige leerlingen werden beloond (en de luie leerlingen werden aangespoord om beter te doen).
Op deze kloosterscholen werd schrijven geleerd met behulp van letters die van brooddeeg werden gemaakt. Wanneer je goed je best deed mocht je als beloning de letter opeten.
Daarnaast was er de gewoonte om de kadootjes onder een doek of laken te verstoppen, bij gebrek aan inpakpapier. Bovenop het laken werd dan de letter gelegd van degene voor wie het kadootje bedoeld was.
Rond 1890 daalde door toegenomen import de prijs voor cacao en suiker enorm, waardoor chocolade steeds minder een luxegoed werd.
Casparus van Houten (oprichter van de, oorspronkelijk Amsterdamse, firma van Houten, 1815) vond een procedé uit om vet uit geroosterde cacaobonen te persen, dat leidde tot cacaopoeder en dat is de basis voor chocoladeproducten; zoals de chocolade letters. Die natuurlijk stukken lekkerder smaakten dan de letters van brooddeeg.
Tijdens de 2e wereldoorlog werd cacao schaars, maar de koekjesfabrikant Verkade kwam met de oplossing: poppen van taaitaai. Ook al was na de oorlog de chocolade weer goed verkrijgbaar, de taaitaai is hierdoor met Sinterklaas verbonden gebleven.
Taaitaai
De specerijen van deze taaitaai komen oorspronkelijk uit Zuid-Azië. In de Filipijnen werd er een koek gemaakt waar de Spaanse handelsreizigers dol op werden. Zij hebben toen een fort gebouwd op het grootste eiland van de Filipijnen om de handel in deze koeken te beschermen. De hoofdstad van dat eiland heette destijds Taytay.
Deze koeken werden naar Spanje verscheept en in 1660 veroverde een Nederlandse vloot de boten die volgeladen waren met deze koeken. De koeken werden door de Nederlanders in beslag genomen en mee naar Nederland genomen. De reis duurde echter maanden en tegen die tijd waren de koeken taai geworden: vandaar de naam.
De koeken worden gemaakt van roggebloem, rietsuiker en stroop en dit mengsel laat men ‘besterven’ alvorens er specerijen aan toe te voegen en ze te bakken. Dit zorgt ervoor dat de koeken niet bros zijn zoals speculaas, maar taai.
Je kunt wel stellen dat er rondom de heilige Nicolaas van Myra een hele evolutie is geweest, van een orthodox religieuze gedenking, tot boeman (een gevolg van het verbod Katholieke heiligen uit te beelden), tot een kindervriend. Van de intocht met een stoomboot tot het maken van surprises. En nog steeds blijft het de gemoederen flink bezig houden.
Misschien moeten we Nicolaas van Myra in ere houden door te doen wat hij ook deed: behulpzaam en vriendelijk zijn voor iedereen!
Bronnen:
https://www.quest.nl/maatschappij/cultuur/a25454700/10-dingen-over-sinterklaas/
https://nl.wikipedia.org/wiki/Sinterklaas
https://nl.wikipedia.org/wiki/Nicolaas_van_Myra
https://www.sinterklaasmijnhobby.nl/sint-nicolaas-amsterdam
https://chocstar.nl/blog/waarom-geven-we-eigenlijk-chocoladeletters
https://www.chocolade-paradijs.nl/blog/waarom-eten-we-chocoladeletters-met-sinterklaas.html
https://kiwify.nl/chocoladeletters-sinterklaas/
https://nl.wikipedia.org/wiki/Van_Houten_(chocoladefabriek)
http://www.culinairenieuwsbrief.nl/archief/201548-1-de-geschiedenis-van-taaitaai.html